Met Pasen gedenken wij het leven, het lijden, het sterven en de opstanding van Jezus de Christus hier op aarde. We weten dat Hij, de Christus, het kwaad heeft overwonnen en de sleutels in handen heeft gekregen van Hemel en hel. Wat dat werkelijk inhoudt, hoe dat in zijn werk is gegaan, hebben de Engelen ons verteld.
Op het moment dat Christus aan het kruis stierf, was het natuurlijk, net zoals bij ieder mens die sterft, alleen Zijn stoflichaam dat dood ging. Bevrijd van Zijn aardse lichaam is Hij, samen met heel veel Engelen, naar de hellen afgedaald om daar strijd te leveren tegen het kwaad. Christus heeft aangetoond dat het kwaad geen macht over Hem kon krijgen, Zijn positieve kracht was zo groot en zo sterk dat het kwaad geen vat op Hem had. Na drie dagen is Christus teruggekeerd naar de aarde, om daar te bewijzen dat de dood niet bestaat. Dit heeft Hij bewezen door zich te vertonen aan Zijn apostelen en aan verschillende andere mensen, zoals beschreven staat in de Bijbel.
Zijn strijd in de hellen heeft ervoor gezorgd dat Hij de sleutels in handen kreeg van de Hemelen en de hellen. Dit is van enorme betekenis voor de mensen op aarde, omdat het betekent dat zij niet zomaar meer kunnen worden beïnvloed door de zielen uit de hellen.[1]
Alleen wanneer je als mens de keuze maakt voor het negatieve, mag je beïnvloed worden door de zielen uit de hellesferen, maar als je als mens positief kiest, aan de kant van het licht staat, dan kunnen die zielen je niet meer bereiken.
Dit is van ontzagwekkende betekenis voor het evolutionaire proces van de mensen. Nadat Jezus de Christus de invloed vanuit de hellen aan banden had gelegd, mocht namelijk iedereen met een schone lei beginnen; je zonden waren vergeven, omdat je ze onder invloed van de hellen had begaan, oftewel: je kon er niet écht verantwoordelijk voor zijn, omdat de invloed van het kwaad te groot was. Dat betekent dus ook dat de mens wel degelijk verantwoordelijk is voor de zonden die hij na die tijd heeft begaan. De Christus heeft het kwaad aan banden gelegd, dus de mens staat niet meer onder invloed van het kwaad en kan zijn eigen keuzes maken. Daarmee is hij dus zelf verantwoordelijk voor die keuzes en ook zeker voor de gevolgen van die keuzes. Als de mens ervoor kiest te zondigen, is hij daar ook verantwoordelijk voor en zal hij dat goed moeten maken. Dat kan tijdens zijn aardse leven door spijt te betuigen, goed te maken en in het vervolg anders te handelen, of later, als hij na zijn aardse cyclus de geestelijke wereld betreedt en daar zijn proces vervolgt.
Jezus Christus had veel aanhangers; veel mensen hadden Zijn wonderen gezien en naar Zijn woorden geluisterd. Zij waren geraakt en geloofden in Hem, ze volgden Hem waar Hij ging.
De farizeeërs en Schriftgeleerden waren bang hun macht te verliezen wanneer de mensen zelf gingen nadenken en Hem gingen volgen . Daarom hebben zij, onder leiding van Kajafas, de hogepriester, onrust gezaaid en Hem in een kwaad daglicht gesteld. De mensen hebben zich laten opruien en hebben Jezus de Christus laten vallen, en dat terwijl Hij hen zoveel goeds had gebracht. Op basis daarvan hadden zij voor Jezus kunnen kiezen, maar zij waren, zelfs in dit geval, niet sterk genoeg om voor het goede te kiezen, getuige de woorden van Christus aan het kruis: “Vader, vergeef het hen, want zij weten niet wat zij doen”.
De Christus is voor en door onze zonden gestorven.
Christus was mens geworden om het Christendom te brengen, te vertellen over het Koninkrijk der Hemelen. Daardoor konden de mensen ervoor zorgen dat zij al op de aarde naar het Licht zouden gaan. Met het Christendom bracht Hij leefregels voor de mensen, zodat wij weten waar we ons aan kunnen houden om op een positieve manier ons ontwikkelingsproces te doorlopen. Wanneer wij ons aan Zijn wetten en regels houden, bemerken we vanzelf dat ons dat goed doet, dat wij ons er beter bij voelen. Met die leefregels heeft de Christus ervoor gezorgd dat er een positieve ommekeer op de aarde kan plaatsvinden. Doordat de mensen die zich eraan houden zich beter voelen, stralen zij dit ook uit naar hun omgeving en zijn op die manier een ‘lichtend’ voorbeeld voor hun medemens. Logischerwijs zal die medemens er nieuwsgierig van worden en gaan informeren waar die mens zijn levensvreugde vandaan heeft. Het positieve voorbeeld zal navolging vinden en op die manier zal het positieve, het goede, het Licht, groeien in de wereld en zal ook op die manier het kwaad overwonnen worden.
Uit het bovenstaande blijkt hoe belangrijk de komst van Jezus de Christus naar de aarde is, Hij heeft ervoor gezorgd dat wij mensen verder kunnen groeien en ons evolutionair proces in ‘veiligheid’ kunnen vervolgen. Door Zijn ingrijpende bemoeienis met de aarde heeft Hij een deken van Liefde over de aarde gelegd en die is voor iedereen voelbaar die zich erop instelt. Uit die Liefde mag de mens putten en zij maakt dat wij kunnen groeien naar Zijn voorbeeld.
[1] zie ook De Hemelse Opdracht: De betekenis van Jezus de Christus.